zondag 7 december 2008

Jagen. Chasser une habitude au Corrèze



Het was een prachtige heldere late zondagochtend. Perfect om mijn rondje te rennen. Misschien zou ik er vandaag wel twee doen. Mijn rondje liep ik kordaat in de vrieszon. Bij ons huis, bij ons bos, zag ik een jager. Ik schreeuwde nog terwijl ik langs hem heen ging, u jaagt toch niet hier, hè. Het is koud, hè, riep hij terug. Ik heb het heet, dacht ik bloedlink maar moest me rondje af maken. Toen ik bij huis nr1 kwam waar ik altijd begon, liep ik snel terug naar de weg bij ons stuk bos. De jager stond er nog. Erger, veel erger, zijn vier vrienden jagers kwamen net het bos uit met een klein hertje tussen hun in. Dood, slepend over de grond, ieder had een poot vast. Ik was geschokt. Het is bruut zei ik, vier mannen met een geweer tegen zo een hertje. Ze zaten me schaapachtig aan te kijken. Oui, oui, pour le plaisir. Het hertje had een kogelgat door het hoofd. ….Misschien was het wel mijn kleine vriendje, ik woon hier naast. Ach, er zijn er genoeg, was het antwoord. Het hertje werd in een vuilniszak gestopt en in de laad bak getild. Gister, pochte een van die Corrèze vetzakken, heb ik twee, en liet daarbij zijn dikke vingers zien, everzwijnen neergelegd. Hun zweterige rode glimkoppen keken me alle uilig met enige verwachting aan. Zelf was ik ook oververhit en gevoelig door het rennen. Met mijn hand voor mijn mond liep ik door. Ik moest huilen.

Ik besloot mijn tweede rondje op de weg door het bos te rennen. Het leek wel voormalig Joegoslavië, overal hoorde ik geweerschoten. Zo voelt het dus als het oorlog is en ik zou een hert zijn.

Geen opmerkingen: